Hans Otte. Das Buch der Klänge (The Book of Sounds). Ralph van Raat, piano. Naxos, 2010. 8.572444. Gavin Bryars. Piano concerto (The Solway Canal), After Handel’s Vesper, Ramble on Cortona. Ralph van Raat, piano. Cappella Amsterdam. Netherlands Radio Chamber Philharmonic o.l.v. Otto Tausk. Naxos, 2011. 8.572570.
Klankkleur, klankvorming, toonschildering: deze klankkleurassociaties kwamen als eerste bij mij op tijdens het luisteren naar twee nieuwe CD’s van Ralph van Raat. De opgenomen werken zijn van de hand van twee hedendaagse componisten die elk het fenomeen klank op hun eigen manier tot de kleinste nuances bestudeerden. Hans Otte (1926-2007) is in Nederland meer bekend als pianist (zijn laatste recital vond plaats in 1999 in Amsterdam) dan als componist van ruim honderd originele instrumentale werken. In zijn geboorteland Duitsland is deze leerling van Walter Gieseking en Paul Hindemith bekend als programmamaker op Radio Bremen, oprichter van het festival Pro musica nova en popularisator van de hedendaagse Amerikaanse muziek. Zijn pionierswerk heeft ooit bijgedragen tot de kennismaking van het Europese publiek met John Cage, Terry Riley en LaMonte Young. En nu deed Ralph van Raat voor Hans Otte precies hetzelfde: met de opname van Das Buch der Klänge (The Book of Sounds) leverde hij een bijdrage tot dekennismaking met de componist Hans Otte.
Das Buch der Klänge (1991-98) bestaat uit twaalf delen, die gemiddeld tussen de drie en negen minuten duren. Het is opgedragen aan iedereen die door klanken gefascineerd is en die zoals Otte “op zoek is naar de klank van een klank”. Tijdens deze zoektocht komen alle mogelijke klankcombinaties, kleurschakeringen en sterktegraden voorbij: welluidende en dissonante, minimalistisch aandoende en impressionistisch getinte, groeiende en wegstervende, vloeiende en repeterende, nadrukkelijk aanwezige en aarzelend aangeslagen en, ten slotte, resonerende en met een korte naklank. Otte stelde een ware encyclopedie van klanken samen die dankzij de precieze timing en klankdosering van Ralph van Raat de nodige tijd en ruimte krijgen om zich te kunnen ontwikkelen. In zijn CD-toelichting vergelijkt Van Raat Das Buch met een persoonlijk document: “Het boek van klanken die het leven in al zijn kleuren vieren”. In zijn spel zorgt hij er voor dat er geen kleur- of melodietonen aan dit rijke kleur- en levenspalet ontbreken.
De Engelse componist Gavin Bryars (1943-) geniet meer bekendheid dan Hans Otte. Met drie opera’s en evenveel strijkkwartetten, vele liederen, koor-, kamer-, dans- en theatermuziek behoort hij tot één van de meest gespeelde hedendaagse componisten. De nieuwe Naxos-CD presenteert de oorspronkelijk voor klavecimbel geschreven After Handel’s Vesper en twee recente, aan Ralph van Raat opgedragen werken,Ramble on Cortona en het Piano Concerto (The Solway Canal). De titels en het muzikale materiaal van Bryars’ composities geven genoeg aanknopingspunten voor de associatieve klankbeleving, maar het is uiteindelijk aan de pianist om door een verfijnd toucher, uitgebalanceerd pedaalgebruik en aandacht voor ruimtelijke klankvorming de creatieve klankvoorstelling van de luisteraars te stimuleren. Het is de pianist die met brede akkoorden, een fraaie baslijn, contrasten in dynamiek en klankintensiteit de ademende klankvelden, vol pulserende trillers en onverwacht opbloeiende versieringen in After Handel’s Vesper (1995) creëert. En het is de pianist die voor de geladenheid en bijna driedimensionaal waar waarneembare diepte, intensiteit en timbre van klanken in Ramble on Cortona (2010) zorgt. De Ramble (parafrase) verwijst naar het melodische materiaal van de dertiende-eeuwse Laudenuit Cortona, dat ook in Bryars 39 vocale Lauden voorkomt. De titel van hetPiano Concerto, The Solway Canal is ontleend aan het sonnet van de Schotse dichter Edwin Morgan over een boottocht langs Solway Canal, terwijl het aandeel van het mannenkoor aan het laatste deel van het pianoconcert van Busoni refereert. De pianopartij vormt de leidraad die als draad van Ariadne constant aanwezig is in het labyrint van orkest- en koorklanken. In alle drie de composities bewijst Van Raat hoeveel variatie een pianist alleen al door middel van het toucher kan aanbrengen. Zijn aanslag versterkt de frasering, geeft extra gewicht aan articulatie en reguleert de dynamische stroming binnen de frasering. Voor Van Raat bestaat het gevaar van eentonigheid niet; hij bereikt ieder gewenst klankresultaat. Zijn betrokkenheid bij de uitgevoerde werken klinkt er onvervalst doorheen en vergroot de emotionele betrokkenheid van de luisteraars.
(publicatie in PianoBulletin, nr.2, 2011)
Geef een reactie