Over Bach, de muziek, het leven en de notities in de marges
Bart Stouten over Bach. Een chaconne in woorden. Literair essay. Antwerpen: Uitgeverij Vrijdag. Klara. 126 p. ISBN 9789460016066
De tijden waarin Johann Sebastian Bach als ‘gewone’, getalenteerde maar tikje te eigenwijze, cantororganist, musicus en leraar werd gezien, zijn lang voorbij. Voor de generaties na de Bach-revival in 1829 is hij een verafgode componist geworden, die met zijn muziek de harten nog steeds weet te beroeren. Men zoekt de betekenis achter elke noot die hij heeft gecomponeerd, raakt geïnspireerd door zijn muziek en probeert haar geheimen te doordringen en te verklaren.
Tussen alle oude en nieuwe onderzoeken, theorieën, reconstructies en liefdesverklaringen aan Bach valt het essay van Bart Stouten op door zijn zeer persoonlijke manier waarmee de schrijver en Klara-presentator de gevestigde Olympiër benadert. Veel meer dan in het bejubelen van deze ‘autodidact met Einbildungskraft’, is Stouten geïnteresseerd in de uitwerking van zijn muziek op het publiek, hemzelf inbegrepen. De componist inspireert hem tot het schrijven van een ‘partita in woorden’ die hij zelf met Bachs Chaconne in d vergelijkt. Hij loopt de gebeurtenissen uit Bachs leven en zijn eigen herinneringen na, bekijkt ze vanuit diverse invalshoeken en stelt zich voortdurend vragen. Om te beginnen ‘wie?’ Wie is deze ‘poet’s poet van de muziek’, die in staat is zoveel met zijn muziek te vertellen dat wij al tweehonderd jaar lang zijn dagelijkse doen en laten onder het vergrootglas leggen op zoek naar al het onverklaarbare en aangrijpende die zijn muziek zo eigen maken.
Het lijkt alsof je het essay met het potlood in de hand leest, alleen zorgt de schrijver zelf voor de opmerkingen en samenvattingen in de marges van de pagina’s. Ze begeleiden je bij het lezen, vragen om aandacht als uitroeptekens en zijn onmogelijk over het hoofd te zien. Je staat er bij stil, denkt er nog eens over na en komt er weer op terug. Dankzij deze informele inhoudsopgave, trefwoordenregister en aandachtspuntenlijst in één, word je een betrokken lezer die het verhaal samen met de schrijver stap voor stap verkent.
‘Bachs agenda’, ‘link componeren en vertolken’, ‘het onzegbare’, ‘absolute kunst, ongrijpbaar’, ‘Bach, Proust, Beckett’, ‘voetreis?’, ‘het mooiste aan Bach’, ‘improvisatie’ en zelfs ‘Bach als twaalftoonscomponist’: de opmerkingen in de marges zijn net zo interessant als de tekst van het essay zelf. Ze spreken tot de verbeelding en geven een aanzet om ook je eigen beleving van Bach nog eens te inventariseren. Inderdaad, wat is nou het mooiste aan Bach en hoe kun je het onzegbare verklanken? Op het moment dat je de vragen aan jezelf begint te stellen, ben je eigenlijk al met je eigen essay over Bachs leven en werken bezig. Voordat je het weet, ben je terug bij het begin en de vraag ‘wie?’ om Bach en de kracht van zijn muziek voor jezelf proberen te definiëren. En dat is wel een heel bijzondere uitwerking van dit inspirerende boek, die we geheel aan zijn bevlogen verteller hebben te danken. ©Olga de Kort, 2018 (gepubliceerd in Pianist, 2018, nr.1 februari)
Geef een reactie