Matthijs de Ridder. Rebelse ritmes. Hoe jazz & literatuur elkaar vonden. Antwerpen, De Bezige Bij, 2012. ISBN 9789085423157
‘Oerprimitieve slagmuziek’, ‘bevrijdende jazz’, ‘opstandige jazz’. De introductie van jazz in Europa bleef niet onopgemerkt en hield de gemoederen van zijn schrijvende luisteraars decennia lang bezig. Hun artikelen, gedichten, romans en verhalen herinneren aan vurige discussies, stellige vooroordelen en de onvoorwaardelijke toewijding van weleer. Het gedoofde vuur ontvlamt nog een keer op de pagina’s van de Rebelse ritmes, één van de weinige boeken over de ‘wisselwerking tussen de opstandige Amerikaanse jazz en de Europese literatuur’. Rebelse ritmes is tevens een boek over de twintigste-eeuwse Europese geschiedenis, gezien door een vergrootglas van jazz. Het eerste deel gaat terug naar de jaren 1912-1940: de eerste kennismaking van Europa met jazz en zijn plaats in de Europese literatuur van het interbellum. Tientallen dichters en schrijvers uit België, Oostenrijk, Duitsland, Engeland, Italië konden zich toen in de woorden van Paul van Oostaijen ‘jazz is mijn nodig gelijk brood’ vinden, maar echt vanzelfsprekend was jazz nog niet. Van het uitzinnige en opdringerige symbool van de decadente Nieuwe wereld werd hij een nieuwe religie en het symbool van bevrijdende en vernietigende krachten, die niet alleen bij ‘de verminking van de klassieke muziek’ ophielden. In het tweede deel kijkt De Ridder naar de jaren 1940-2001. Achter elk jaartal schuilt een verhaal: jazz in de Tweede Wereldoorlog, ‘jazz als diplomatiek instrument tijdens de Koude Oorlog’ of ‘jazz na 11 september 2001’. Niemand verwachte meer dat jazz de geschiedenis zou veranderen, maar voor Jean-Paul Sartre, Remco Campert, Cees Buddingh’, Louis Paul Boon, Hugo Claus en vele anderen was jazz nog steeds de muziek de voortdurend zijn eigen grenzen verlengde en steeds nieuwe regels opstelde. De ‘onorthodoxe dwarsdoorsnede’ van De Ridder loopt door de literatuur van de Oost-Europese landen, Frankrijk, Italië, Vlaanderen en Nederland. De Biblio- en discografische aantekeningen bieden nog meer informatie over jazz en literatuurwerken. Want de jazz zoals De Ridder opmerkt is ‘eindeloos’. Je moet wel ergens mee beginnen om de eindeloosheid van deze muziek voor jezelf te ontdekken. Waarom niet vandaag, met jazz en literatuur, met de Rebelse ritmes? ©OlgadeKort, 2012.
Gepubliceerd in Kunstzone, 2012, nr.12, december, p.41.
Geef een reactie